Je zag bij de werkwoorden al tussen haakjes wat woorden staan:
<br /><br /><strong>Je</strong> (ik)
<br /><strong>Tu</strong> (jij)
<br /><strong>Il, elle, on</strong> (hij, zij, we/men)
<br /><strong>Nous</strong> (wij)
<br /><strong>Vous</strong> (jullie, u)
<br /><strong>Ils/elles </strong>(zij)
<br /><br />Dit zijn de persoonlijke voornaamwoorden. Persoonlijke voornaamwoorden gebruik je om iemand aan te geven. Het hoort bij het werkwoord. Als je het bijvoorbeeld over Pierre hebt, is het il, heb je het over mon frère et moi, is het nous.